woensdag 14 september 2016

1 jaar het nieuwe ontslagrecht; wat zijn de opvallendste conclusies?

Inmiddels is het eerste jaar verstreken na de invoering van het nieuwe ontslagrecht c.q. de WWZ. De eerste cijfers zijn bekend:
  • Uit de gepubliceerde rechtspraak blijkt dat 1/3e van de werkgeversverzoeken bij de kantonrechter wordt afgewezen.
  • Kijken we naar de grondslag van het verzoek dan valt op dat rond de 70% (!) van alle verzoeken die zijn gebaseerd op disfunctioneren (de D-grond), wordt afgewezen. Er zijn onderzoeken die uitgaan van nog hogere percentages afwijzingen maar 70% lijkt mij al opmerkelijk genoeg. Het belang van dossiervorming in combinatie met een verbetertraject is daarmee evident.
  • De verklaring voor het hoge percentage afwijzingen van verzoeken gebaseerd op disfunctioneren heeft vooral te maken met de (relatief lage) transitievergoeding en het feit dat de rechter niet meer de vrijheid heeft om van de transitievergoeding af te wijken tenzij sprake is van ‘ernstig verwijtbaar handelen of nalaten’ van de werkgever. Tot die conclusie komt de kantonrechter slechts sporadisch. En als de kantonrechter al tot die conclusie kwam dan was de transitievergoeding plus de billijke vergoeding ten opzichte van de kantonrechtersformule nog relatief laag.